Het afgelopen jaar gooide corona onze levens en dat van de kinderen uit onze klas vaak helemaal overhoop. Naast zorgen om de fysieke gezondheid rezen er ook heel wat bekommernissen om de mentale weerbaarheid of veerkracht van kinderen. Hoe kun je er als ouder, maar ook als leraar voor zorgen dat jonge kinderen kunnen omgaan met de angst of de stress die soms de kop opsteekt?
Sommige scholen zetten hier al bewust op in, andere leraars zijn nog zoekende hoe ze mentaal welbevinden een vast plekje kunnen geven in de dagdagelijkse klaspraktijk.
- Wat voel je vanbinnen, wat voel je vanbuiten?
We zeggen dat als je je mentaal goed voelt, je lekker in je vel zit. De uitdrukking maakt ons meteen duidelijk dat ons goed voelen, zich laat voelen in ons lichaam en in onze geest. Beiden zijn eigenlijk verbonden. Als we ons goed voelen, vertaalt zich dat in ons lichaam. We voelen ons energiek of ontspannen. Als het minder goed met ons gaat dan vertaalt zich dat ook vaak in ons lichaam. Misschien herken je zelf wel dat je schouders gespannen voelen wanneer je stress ervaart, dat je hoofdpijn hebt na een drukke dag, een krop in je keel hebt wanneer je eigenlijk wil huilen en een kriebel in je buik voelbaar is wanneer je zenuwachtig bent?
Recente wetenschappelijke ontwikkelingen, o.a. binnen de neuropsychologie, onderzoeken hoe ons lichaam ons iets kan vertellen over ons mentale welbevinden. De wijsheid van ons lichaam wordt hier ook wel ‘embodied intelligence’ genoemd (Claxton, 2015). Als volwassene vergeten we soms dat ons lichaam ons iets kan zeggen over hoe het met ons gaat. Zo zien we soms te weinig of te laat dat stress en spanning zich uiten in ons lichaam (Thaler, Richard & Sunstein, 2008 & Probst 2014). We zien dat sommige volwassenen weer contact met hun lichaam maken nadat ze geconfronteerd zijn met (ernstige) stressklachten en dat ze dan weer gaan luisteren naar wat hun lichaam hen vertelt. Ze worden zich, vaak nadat hun lichaam al lange tijd signalen gaf, weer bewust van hun lichaam (Verhaeghe, 2018).
- Lichaamsbewustzijn stimuleren: het ervaren van lichaamssensaties
Werken aan lichaamsbewustzijn gebeurt op school onder andere tijdens de gymles of door luisterspelletjes waarbij kinderen lichaamsdelen aanduiden of ze zelf gaan benoemen. Naast doelgerichte activiteiten om aan lichaamsbewustzijn te werken, doen zich natuurlijk spontaan ook heel wat informele oefenkansen voor. Denk bijvoorbeeld aan buiten spelen in het bos of een spel op de speelplaats.
Inzetten op lichaamsbewustzijn kan echter nog veel meer betekenen. Zo kan je met kinderen al op jonge leeftijd bewust oefenen om verschillende lichaamssensaties te ervaren. Het voelen van spanning en ontspanning in je lichaam kan dan bijvoorbeeld een start zijn om kinderen contact te laten maken met hun lichaam. Door je lichaam te voelen of met andere woorden even in te checken bij jezelf, kan je spanning, ontspanning, kriebels en wiebels of gewoon rust voelen. Het opmerken van deze lichaamssignalen vormt een basis voor herkennen van emoties (Sze et al., 2010) en zorgt er dus voor dat we ontdekken hoe het echt met ons gaat. Door hierop in zetten, bouw je bij kinderen aan een fundament om ook op latere leeftijd lichaamssignalen sneller te herkennen zodat ze van daaruit kunnen aangeven wat er op dit moment nodig is. Soms is dat rust, soms is dat een stevige knuffel.
- Hoe kunnen we hier concreet aan werken in de kleuterklas?
Je kan bij jonge kinderen op verschillende manieren werken aan meer bewustwording van hun lichaam. Je kan bijvoorbeeld in de kleuterklas inzetten op mindfulnessoefeningen of relaxatie-oefeningen. Beide soorten oefeningen werken met kinderen rond het bewust voelen van hun lichaam en het ervaren van lichaamssensaties. Mindfulness legt de focus op het hier en nu ervaren van wat er is. Met de relaxatie-oefeningen ga je bewust inzetten op het ervaren van het verschil in lichaamssensaties bij spanning en ontspanning. Zo kan je bijvoorbeeld ervaren dat je een gevoel van zwaarte, warmte voelt of dat je hartslag rustiger klopt.
3.1. Mindfulness voor kids
Mindfulnessoefeningen bieden mooie kansen om kinderen contact te laten maken met hun lichaam. In het blogbericht ‘Mijn buik wiebelt als ik adem. Over mindfulness in de kleuterklas’ van 07/10/20 (https://kleutergewijs.wordpress.com/2020/10/07/mijn-buik-wiebelt-als-ik-adem-over-mindfulness-in-de-kleuterklas/) gaven we ter illustratie van een mindfulnessaanbod in de kleuterklas al een aantal voorbeelden om in de klas mee aan de slag te gaan. In de zit- of ligoefening bijvoorbeeld gaan de kinderen onder begeleiding van de leraar focussen op hoe elk deel van hun lichaam op dat moment voelt: welke sensaties ze al dan niet opmerken en of delen van hun lichaam gespannen of net heel los voelen. In de oefening ligt de focus op het ervaren en voelen vanuit het idee dat alle gevoelens en ervaringen die er op dat moment zijn, fijn of niet, helemaal ok zijn, precies zoals we ze voelen.
3.2. Relaxeren of ontspannen?
Relaxatie en ontspanning zijn twee begrippen die vaak door elkaar worden gebruikt. Hoewel ze verwant zijn met elkaar ligt de focus bij beide activiteiten anders en kan je ze inzetten voor andere doelstellingen.
Als je je ontspant, koppel je je even los van dat waar je mee bezig bent om je gedachten te verzetten. Ontspannen kan je als kind door bijvoorbeeld te springen, te lezen in een hoekje, een rondje te rennen of te dansen op muziek.
Bij relaxatie gaat het, in tegenstelling tot ontspanning, om het bewust los laten van spanning in je lichaam. We doorbreken met andere woorden onze energiestroom. Dit gebeurt allereerst door contact te maken met je lichaam. Pas door je bewust te worden van spanning, kan je deze loslaten. We zien dat je door relaxatie niet alleen lichamelijk maar ook op psychisch niveau spanning kan laten gaan. Dit komt omdat tijdens relaxatieoefeningen de neurofysiologische arousal daalt. Concreet betekent dit dat je spierspanning vermindert, je bloeddruk normaliseert en tot slot je hartslag en ademfrequentie daalt (Gerits et al., 2002). Hierdoor voel je je vaak ook rustig worden.
Door regelmatig contact te maken met hun lichaam, leren kinderen op termijn om spanningssignalen beter te herkennen en kunnen ze die loslaten waardoor ze meer rustmomenten bij zichzelf ervaren.
We stellen kort twee bekende relaxatietechnieken voor die je gemakkelijk bij jonge kinderen in de klas kan integreren.
A.Progressieve relaxatie
Tijdens deze spierontspanningsoefening vraag je kinderen om verschillende spiergroepen, één voor één, kort maar krachtig op te spannen en terug los te laten. Door regelmatig hierop te oefenen worden kinderen gevoeliger om spanning en ontspanning op te merken en kunnen ze leren om spierspanning bewust los te laten (Probst, 2014).
Voorbeeld:
Zet je gemakkelijk op een stoel met een rechte rug. Voel je hoe je voeten steunen op de grond? En hoe je armen rusten op je benen?
Knijp je handen nu maar eens tot een vuist, zo hard je kan. Wat voel je nu? 3-2-1, en laat maar los. Hoe voelen je handen nu aan? Merk je het verschil tussen opspannen en loslaten?
B.Autogene training
Bij deze relaxatietechniek help je de kinderen om een toestand van diepe ontspanning op te roepen.
Voor deze oefening hoeven de kinderen niks actiefs te doen. Ze hoeven zich enkel te concentreren op verschillende (lichaams-)sensaties die ze kunnen opmerken in een toestand van relaxatie en dat gevoel als het ware over hen heen te laten komen: een gevoel van zwaarte, warmte, een rustige hartslag en ademhaling, een warme onderbuik of een koel voorhoofd. De leraar suggereert dit gevoel en herhaalt de suggestie of formule regelmatig. Wanneer je de techniek regelmatig toepast, kunnen kinderen de suggesties zelf stilletjes of in zichzelf verwoorden. Zo leren ze om zelf de toestand van ontspanning nog meer te verdiepen. Dit veronderstelt uiteraard een leerproces (Neerinckx, 2014). Zo blijkt dat kinderen hierdoor rustiger worden en door veel te oefenen zichzelf kunnen relaxeren op een eenvoudige manier.
Voorbeeld: Je rechterarm is zwaar (Simons, 2014)
Sluit je ogen voor je met de oefening begint en hou ze gesloten terwijl je probeert je in te leven.
Ik ben rustig en ontspannen. Mijn rechterarm is heel zwaar. Om het zwaartegevoel te begrijpen, kun je denken dat je een zware tas moet dragen. Voortdurend herhaal je dezelfde formule: mijn rechterarm is heel zwaar.
Als je ondertussen gestoord wordt, denk dan alleen, al het andere laat me koud.
Na enige tijd ervaar je al zwaarte in je rechterarm.
C.Methode van Kiphard
Contact maken met je lichaam en met alles wat het te vertellen heeft, het opmerken van sensaties, van spanning-ontspanning kan je ook op een laagdrempelige manier doen via speelse oefeningen:
Het kind ligt op de rug en wordt met behulp van kaartjes/viltjes van aan de voeten progressief bedekt. Tijdens de oefening moet het kind rustig blijven liggen zodat de kaartjes/viltjes er niet afvallen. Dit progressief toedekken heeft ook nog een bijkomend effect namelijk een licht warmtegevoel dat aangenaam en ontspannend aanvoelt.
- De rol van de leraar
Als leraar heb je een belangrijke rol in de begeleiding van de kleuters tijdens het oefenen. Allereerst is het belangrijk dat de kinderen de uitnodiging krijgen om de oefening mee te doen, maar je kan kinderen hiertoe zeker niet verplichten. De ervaring leert echter dat de meeste kleuters heel graag deelnemen.
Daarnaast is het belangrijk dat je de kinderen begeleidt tijdens het oefenen door ze te vragen wat ze doen of wat ze ervaren. Je mag daarbij ook suggesties doen. Zo kan je kinderen bijvoorbeeld begeleiden door de volgende vragen te stellen of suggesties te doen:
Voel je de spanning als je alles opspant?
Hoe voelt jouw lichaam nu het weer lekker los is?
Wat voel je in je buik?
Misschien voel je een kriebel, misschien is je buik lekker rustig…
Kan je je hartslag horen of voelen?
Leg maar even jouw hand op je hart als je dit wil …
….
De suggesties die je doet en de vragen die je stelt, helpen de kinderen om focus te geven en zorgen ervoor dat hun ervaringen meer verdiept worden. Oefen je bijvoorbeeld gewoon de spanning en ontspanning van lichaamsdelen zonder de vragen en suggesties dan mis je voor een stuk het doel waarmee jij de oefening doet, namelijk het ervaren van lichaamssensaties om je meer bewust te worden van wat jouw lichaam jou vertelt.
Na de oefeningen kan je met kinderen ook de transfer maken naar andere situaties:
Wanneer voelt jouw lichaam lekker los?
Wanneer voel je nog kriebels?
Herken je dit gevoel?
….
Op die manier kunnen kinderen lichaamssensaties leren opmerken in andere situaties en dan gaandeweg ook aangeven wat ze voelen en wat ze nodig hebben.
- Instant rust?
Alle oefeningen hebben als doel om lichaamssensaties bewuster te ervaren en deze ervaring kan als gevolg voor rust zorgen. We snakken hier allemaal zo vaak naar! Toch is rust niet noodzakelijk een onmiddellijk gevolg. Geen enkel aanbod -we zijn het zeker niet tegengekomen- is een quick fix die instant rust creëert in de kleuterklas. Dit vraagt oefening. Wat we wel weten is dat (lichaams-)bewustzijn aan de basis ligt van het goed kunnen zorgen voor jezelf en het dus de moeite is om erop in te zetten met je kleuters! Bijvoorbeeld elke dag een tiental minuutjes. Door jong te oefenen, kunnen we op termijn onze eigen lichaamssignalen niet alleen leren lezen maar er ook naar handelen: zoals “stop” zeggen of “hallo, ik heb jouw hulp even nodig”. Mag dat ons voornemen worden voor 2021?
Sommige kinderen zakken meteen diep weg in hun deken bij een oefening, andere kinderen voelen nog kriebels en wiebels. En dat is helemaal ok! 🙂 #hethoeftnietperfectwijzijngewoonaanhetoefenen
Ben je getriggerd?
Deze blog kwam tot stand binnen het praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek naar veerkracht bij jonge kinderen. Van aandacht naar lichaamsbewustzijn naar emotieregulatie.
Wil je meer weten over lichaamsbewustzijn en hoe je dit als leerkracht kan stimuleren?
Katrien Goossens, Isabelle Goris en Hanne Vanmierlo (expertisecentrum Education & Development, UCLL) werken aan een praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek naar veerkracht bij jonge kinderen. Samen met leraren en hun leerlingen gaan ze met arts-based mindfulness activiteiten aan de slag in de klaspraktijk verspreid over Vlaanderen. Alle vragen zijn welkom! Je mag e-mailen naar Katrien.Goossens@ucll.be
en Hanne.Vanmierlo@ucll.be.
Gastbloggers: Katrien Goossens, Isabelle Goris en Hanne Vanmierlo (UCLL)
Bronnen
Claxton, G. (2015). Why your mind needs your body much more than it thinks. Intelligence in the flesh. Cornwall: Yale University Press publications.
Neerinckx, E. (2014). Autogene training in: Stress: Preventie, reductie en ontspanning. Twaalf methoden. Leuven: Acco.
Probst, M. (2014). Progressieve relaxatie in: Stress: Preventie, reductie en ontspanning. Twaalf methoden. Leuven: Acco.
Samaey, C. (2011). Kinderen en bewegen. Basis voor een harmonieuze totaalontwikkeling. In Huisarts Nu, (40), 263-7.
Simons, J. (2014). Relaxatie bij kinderen in: Stress: Preventie, reductie en ontspanning. Twaalf methoden. Leuven: Acco.
Sze, J., Gyurak, A., Yuan, J., & Levenson, R. (2010). Coherence between emotional experience and physiology: Does body awareness training have an impact? Emotion, 10(6), 803–814.
Thaler, R. & Sunstein, C. (2008). Nudge naar betere beslissingen over gezondheid, geluk en welvaart. Amsterdam: Business Contact.
Van Kampen, M. & Vervaeke, M. (2014). Stress: Preventie, reductie en ontspanning. Twaalf methoden. Leuven: Acco.
Verhaege, P. (2018). Intimiteit. Amsterdam: De bezige bij.
3 gedachtes over “Lekker in je vel bij kinderen. Hoe jouw lichaam je vertelt hoe het met jou gaat.”