Het Super(Slimme)Liegebeest in je klas?

De spiegel staat vol met krullen en strepen in een knalrode kleur. ‘Wat is er gebeurd?’ vraagt de moeder. ‘Ik weet het niet,’ zegt de jonge knul, terwijl hij zijn schouders ophaalt. ‘Wie heeft met lippenstift op de spiegel getekend?’ vraagt ze nogmaals. ‘Batman. Het was Batman,’ houdt hij vol. Je hoort de moeder gniffelen en de camera gaat uit. Wat gebeurt er nu, vraag ik me af… 

De waarheid komt uit een kindermond, of niet?

Kinderen kunnen al jokken vanaf ongeveer twee à drie jaar (Evans & Lee, 2013). Leugentjes om eigen bestwil zijn de eerste soort waar kinderen mee gaan experimenteren. Zo vroeg een Amerikaanse onderzoeker aan jonge kinderen om niet te kijken naar het speelgoedje dat achter hun rug lag terwijl hij even de ruimte verliet. Het verbaast je vast niet dat de grote meerderheid van de kleuters  niet aan de verleiding kon weerstaan en even keek. Enkele tellen later kwam de onderzoeker terug en vroeg hij aan de kleuters of ze gespiekt hadden. Wat denk je dat de kleuters zeiden? Juist, een significante meerderheid van de deelnemende kleuters loog tegen de onderzoeker en verklaarde niet te hebben gekeken (Evans & Lee, 2013).

Doordat fantasie en realiteit voor jonge kinderen niet steeds duidelijk gescheiden zijn, komen in de kleuterperiode ook de fantasieverhalen naar boven met monsters, prinsessen en ingebeelde vrienden. Je zou deze verzonnen verhalen kunnen categoriseren als ‘leugens’, maar in feite zijn het experimenten met waarheid en leugen, fantasie en realiteit. Geregeld helpen deze verhalen de kleuters ook om indrukken en gebeurtenissen te verwerken of om hun wensen duidelijk te maken.

Maar kinderen vanaf 3 jaar zijn ook al in staat om leugens uit beleefdheid te formuleren. Zo gaven de meeste kinderen in één onderzoek aan dat de onderzoeker goed op de foto stond tegen hem, maar durfden ze tegen een andere volwassene eerlijk aan te geven dat er een grote streep op zijn gezicht stond (Talwar & Lee, 2002). In een ander onderzoek waren de meeste kinderen ook dankbaar voor een ‘rotcadeau’ tegen de gever, terwijl ze achter de rug hun ongenoegen tegen de ouders durfden uiten. Oudere kinderen met beter ontwikkelde executieve functies konden in dit experiment wel beter ‘beleefd’ liegen en deden dit ook vaker (Talwar, Murphy & Lee, 2007).

Wie zijn de kleuters die sneller dan anderen liegen?

Het korte antwoord: de slimmere kinderen (Stone, 2018). Als je een kind in je peuterklas betrapt op een leugentje, mag je (bij wijze van spreken) de ouders feliciteren. Een leugen geloofwaardig overbrengen vereist naast inlevingsvermogen ook het kunnen verdraaien van de feiten én zorgen dat de ander de waarheid niet achterhaalt. Dit vraagt best wel wat executieve functies (zoals reactie-inhibitie en werkgeheugen) en een hoge verbale intelligentie (Ding, Heymand, Genyue & Lee, 2015; 2017). Bovendien is er een sterke relatie tussen liegen op jonge leeftijd en goede sociale vaardigheden als volwassene (Lavoie et al., 2017).

Liegen de kinderen in je klas (nog) niet? Geen nood, ze kunnen het leren!

Door de executieve functies van kinderen te trainen door middel van bijvoorbeeld interactieve spelletjes en rollenspel kan je eerlijke kinderen in geen tijd vormen tot kleine leugenaars. Zo kan je in een poppenspel vragen aan kinderen om niet te verklappen aan de ‘gemene pop’ waar de snoepjes verstopt zijn, kan je kinderen uitdagen om gekke verhaaltjes te verzinnen en kan je oudere kleuters expliciet helpen oefenen om bij het openen van cadeautjes dankbaarheid te uiten. Kinderen leren liegen, verbetert zowel de scores op executieve functies als hun vermogen zich te kunnen verplaatsen in een ander. Liegen is met andere woorden goed voor de cognitieve ontwikkeling (Ding, Heymand, Genyue & Lee, 2015; 2017). Kinderen die zich beter in een ander kunnen verplaatsen, gaan daarbij vaker liegen in het voordeel van een ander, bijvoorbeeld omwille van beleefdheid of om een ander te helpen (Lavoie et al., 2017).

Uiteraard bepleit ik geen vrijheid tot liegen in dit artikel. Eerlijkheid is een belangrijke waarde, die we verwachten in onze contacten met onder meer vrienden, collega’s, leidinggevenden en politici. Liegen kan desalniettemin in sommige situaties de sociaal meest wenselijke keuze zijn. Bij het ontvangen van een cadeautje of het proeven van cake kan het een kwetsende reactie voorkomen. In sommige situaties moet je ook kunnen/durven liegen in functie van je eigen veiligheid (‘neen, ik weet de weg niet’). In andere gevallen is eerlijkheid en vertrouwen echter de belangrijkste waarde, bijvoorbeeld voor het aangaan van gezonde sociale relaties of vriendschappen. Oneerlijkheid kan je reputatie en geloofwaardigheid daarnaast ernstig schaden en je ook net in gevaar brengen (bijvoorbeeld bij misbruik). Voor kinderen is deze tweedeling niet zo eenvoudig. Kunnen inschatten wanneer eerlijkheid of een leugentje de beste keuze is, vraagt vrij veel sociaal inzicht. Enkel in een ruimte waar kinderen de kans krijgen om hiermee te experimenteren en fouten te maken, kunnen kinderen hierin groeien.

lying-1562272_960_720.jpg

 

Hier zijn enkele tips waarmee je onmiddellijk aan de slag kan:

 

  • Kleuters genieten van het experimenteren met waarheid en leugen. Door te liegen oefen je je executieve functies en inlevingsvermogen in een ander. Daag kleuters daarom eens uit om iets geheim te houden of de waarheid (speels) te verdraaien. Reuzespannend…
  • Zoals steeds: wees een rolmodel. Expliciteer het verschil tussen een beleefde (‘ze vonden je cake wel lekker’) en een ongepaste leugen, wanneer je deze maakt.
  • Ga na waarom het kind liegt. Om een straf te vermijden of gebeurtenissen te verwerken? Experimenteren en fouten maken zijn daarbij essentiële onderdelen van een gezonde ontwikkeling. Geef hier voldoende ruimte voor.
  • Verleid de kleuters niet tot liegen in een conflictsituatie. In plaats van te vragen ‘wie heeft zijn handen nog niet gewassen?’, kan je zeggen ‘handen wassen voor het eten is belangrijk, vergeet je dat niet te doen?’ Of in plaats van ‘heb jij de vaas gebroken?’ zeg je beter ‘kijk, de vaas is gebroken’. Zorg dat je niet in ruzie eindigt om het kind te laten toegeven wat hij gedaan heeft.
  • De kans dat een kind liegt, daalt significant als je het eerst vraagt om eerlijk te zijn. ‘Ik ga een vraag stellen, maar wil je daar dan zeker eerlijk op antwoorden?’ zal doorgaans een eerlijker antwoord uitlokken, dan als je deze vraag niet stelt (Stone, 2018).
  • Het is beter om eerlijkheid te belonen dan leugens te bestraffen. Benadruk daarom hoe blij je bent dat het kind de waarheid spreekt. Kinderen die zien dat anderen beloond worden om hun eerlijkheid, zullen zelf in de toekomst ook vaker eerlijk zijn (Talwar, Arruda & Yachison, 2015). Ook verhalen waarin eerlijkheid als een positieve zaak bevestigd worden, zijn doorgaans effectiever dan verhalen waarin leugens bestraft worden (Lee, Talwar et al., 2014)
  • Te zware of regelmatige straffen op gesteld gedrag lokken leugens uit. Net zoals volwassenen een omweg rijden om een flitspaal te vermijden, zo gaan kinderen jokken om een straf te vermijden (Talwar, Arruda & Yachison, 2015).
  • Kinderen die zich beter kunnen verplaatsen in anderen, zullen doorgaans meer sociale leugens vertellen en minder ten koste van een ander liegen. Kleuters die het hier moeilijk mee hebben, kan je helpen door de gevoelens van een ander te expliciteren en te stimuleren in rollenspel (Evans & Lee, 2013).

 

Bronnen:

Ding, Xiao Pan; M Wellman, Henry; Wang, Yu; Fu Genyue & Lee, Kang. (2015). Theory-of-Mind Training Causes Honest Young Children to Lie. Psychological science. 26.

Ding, Xiao Pan; Heyman, Gail; Fu, Genyue; Zhu, Bo & Lee, Kang. (2017). Young children discover how to deceive in 10 days: A microgenetic study. Developmental science.

Evans, AD & Lee, K. (2013). Emergence of lying in very young children. Developmental Psychology, 49(10), 1958-1963.

Lee, K; Talwar, V; McCarthy, A; Ross, I; Evans, A & Arruda, C. (2014). Can classic moral stories promote honesty in children? Psychological science. 25(8) 1630-1636

Lavoie, J; Leduc, K; Arruda, C; Crossman, AM; Talwar, V. (2017). Developmental profiles of children’s spontaneous lie-telling behavior. Cognitive development. 41. 33-45

Stone, A. (2018). Is Your Child Lying to You? That’s Good. The New York Times. SR7.

Talwar, V; Arruda, C; Yachison, S. (2015). The effects of punishment and appeals for honesty on children’s truth-telling behavior. Journal of Experimental Child Psychology. 130. 209-217

Talwar, V; Murphy, x; Lee, K. (2007). White lie-telling with children for politeness purposes.

2 gedachtes over “Het Super(Slimme)Liegebeest in je klas?

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.