Wat zeggen toponderzoekers over kleuteronderwijs?

Jaarlijks komen 50 internationale onderzoekers samen in Harvard om na te denken over kleuteronderwijs in de wereld. Een select clubje, dat echter wel moeite doet om bekend te maken waarmee ze bezig zijn.

Tot 2015 aandacht voor het gesprek tussen leerkracht en kleuters

Kleuters ontwikkelen zich beter wanneer de leerkrachten uitgebreide gesprekken met hen voeren bij het spel en tijdens andere activiteiten. Deze observatie kwam de laatste jaren uit verschillende studies naar voren. Verder kunnen leerkrachten hun interactiestijl met succes verbeteren door middel van zéér intensieve professionalisering, bijvoorbeeld door heel regelmatig korte videofragmenten van zichzelf in de klas te analyseren samen met een ervaren coach.

video-analyse

Deze afbeelding demonstreert dat effectieve videofeedback een grote actieve inbreng van de leerkracht vraagt. Hier krijgt een kleuterleerkracht op haar computer persoonlijke feedback op basis van een videofragment uit de klas. De kleuterleerkracht wordt uitgenodigd om de fragmenten opnieuw te bekijken en een reflectievraag te beantwoorden. Wanneer de coach deze antwoorden ontvangen heeft, volgt er een feedbackgesprek. Deze cyclus wordt meermaals herhaald. De afbeelding komt uit de presentatie van Jennifer LoCasale-Crouch.

Ook uit een tegenvaller kan je leren

Ook toponderzoekers leren door vallen en opstaan. Er is nu eenmaal geen andere weg. Zo was er onlangs een groot kleuteronderwijsproject in Chili met genoeg financiering, ervaren coaches en onderzoekers, maar ook… teleurstellende resultaten. De kleuterleerkrachten in de projectscholen kregen rijke kansen om hun gespreksstijl te verbeteren, maar toch was het effect daarvan nauwelijks merkbaar in video-opnames gemaakt op het einde van het project en niet observeerbaar in de conceptuele ontwikkeling van de kleuters. Wat ging er mis? Een belangrijke reden was onvoldoende aandacht voor de inhouden, volgens professor Catherine Snow. De onderzoekers van het Chileense project waren onvoldoende bezig met de inhoudelijke verdieping van de kleuterklasthema’s, beseffen ze achteraf. Dat is een gemiste kans, want een gesprek is pas echt ontwikkelingsbevorderend als je “met kleuters op interessante wijze over interessante dingen praat” (C. Snow).

“Dit wist ik al lang. Hebben we daarvoor onderzoek nodig?”, denk je misschien. Toch zijn de data uit het Chileense project volgens mij nuttig om toekomstige innovaties of verbetertrajecten vorm te geven en om meteen voor een effectievere aanpak te gaan. (In de presentatie van Dickinson worden een hele reeks studies vermeld die hetzelfde aantonen, namelijk dat het erg moeilijk is om op een geïsoleerde manier de gespreksstijl van leerkrachten te verbeteren en hiermee de ontwikkeling van de kleuters te beïnvloeden. Daarom zou het zonde zijn om dit steeds weer opnieuw te proberen.)

Met een goed curriculum lukt het beter

Succesvolle projecten focussen meestal niet alleen op de gesprekken tussen de leerkracht en de kleuters, maar ondersteunen de leerkracht ook om uitdagendere inhouden te bieden aan de kleuters, inhouden die aansluiten bij de interesses van de kleuters, maar deze verdiepen en verbinden met inhouden die ook later in de schoolloopbaan belangrijk zijn. Bijvoorbeeld, de kleuterscholen van Boston hebben hun kwaliteit verbeterd door de introductie van het OWL curriculum. In dit curriculum krijgen de leerkrachten voorleesboeken, en uitgebreide tips voor spelbegeleiding en denkstimulerende activiteiten binnen voorafbepaalde belangrijke inhoudsgebieden. Hierdoor ging de kwaliteit van hun begeleiding erop vooruit. Daarbovenop gebruiken ze nog een apart programma voor voorbereidende wiskunde (Building Blocks), en worden er ook heel wat muzische innovaties gestimuleerd. Het is zeker de moeite waard om deze innovaties op de website van de Bostonse kleuterscholen te bekijken. Aan de andere kant van de wereld in een Chinees project kregen leerkrachten een leerlijn aangeboden in de vorm van tweetalige voorleesboeken die een hele reeks thema’s diepgaand behandelden. Deze voorleesboeken werden gebruikt in een meertalige streek. en beïnvloedde daar de taalontwikkeling van de kleuters meetbaar positief.

Hoe specifiek een curriculum moet zijn om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen, daar zijn de onderzoekers nog niet uit. Het gaat over inhoudelijke verdieping, de balans tussen verschillende ontwikkelingsgebieden, het evenwicht van werkvormen (spel, kind- en leerkrachtgestuurde activiteiten). Het gaat ook over ondersteuning bieden zonder een keurslijf te zijn. Verder werkt een curriculum alleen maar als er aandacht gaat naar de manier waarop het uitgevoerd wordt: de interactie tussen leerkracht en kleuter blijft cruciaal! In 2017 is het curriculum alvast het centrale thema van de denktank in Harvard, zo hoorde ik van dr. Pauline Slot. Wordt vervolgd.

In Europa: meer praktijkgericht onderzoek nodig

Niet alleen in Chili, China, V.S., maar ook in Europa gebeuren er interessante praktijkgerichte onderzoeksprojecten. Maar de Nederlandse professor Paul Leseman zou er meer willen hebben. Hij deed onlangs in Brussel een oproep aan Europese onderzoekers om NIET te blijven hangen in discussies over visies. (Dat gebeurt nogal eens.) Verschillen in visie zijn immers niet altijd zo zichtbaar in de kleuterklaspraktijk. Het is echter in de kleuterklaspraktijk dat de positieve effecten van het kleuteronderwijs gerealiseerd worden.

Als we in Europa het kleuteronderwijs willen verbeteren, dan moeten we meer als een ingenieur te werk gaan: door aan de ingrediënten van de klaspraktijk te sleutelen en te analyseren hoe ze de uitkomsten beïnvloeden. Dat gaat het best wanneer kleuterleerkrachten, lerarenbegeleiders (of -opleiders zoals ik) en onderzoekers samenwerken. Een boodschap naar mijn hart.

Meer lezen?

Op de website van de Bostonse kleuterscholen vind je heel wat muzische praktijktips, o.m. over onderwerpen waarover we eerder schreven: de theorie van de losse stukjes, of over helikopterverhalen.

Voor wie nog meer achtergrond wenst, raad ik de volgende presentaties aan vanop de website van de denktank PROLEER. Het zijn echte onderzoekspresentaties met heel wat taaie data en ruime aandacht voor de onderzoeksaanpak, maar soms ook een filmpje van een klasvoorbeeld, of een gewaagde bewering, bijvoorbeeld “er is geen tegenstelling tussen cognitief uitdagend werken en kindgericht werken”.

 

 

7 gedachtes over “Wat zeggen toponderzoekers over kleuteronderwijs?

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.